no Download PDF Print

Adviezen

RvA no. RA/042-07

Uitgebracht op : 08/11/2007
Publicatie datum: 08/11/2007

Initiatief-ontwerp-Iandsverordening tot wijziging van de Landsverordening op de Scheepsregistratiebelasting 1987 (P.S. 1987, no. 112), de Landsverordening op de winstbelasting 1940 (P. S. 2002, no. 54) en de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.S. 2001, no. 89) (664016912IRNA, RvA no. LV/21-07)

Met verwijzing naar uw verzoek d.d. 31 juli 2007 om het oordeel van de Raad
van Advies inzake bovengenoemd onderwerp en de beraadslagingen hierover
in de vergadering van de Raad van Advies van 5 november 2007, bericht de
Raad u als volgt.

Aan de orde is de initiatief-ontwerp-Iandsverordening tot wijziging van de
Landsverordening op de Scheepsregistratiebelasting 1987 (P.S. 1987, no.
112), de Landsverordening op de winstbelasting 1940 (P. S. 2002, no. 54) en
de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.S. 2001, no. 89).
Deze initiatief-ontwerp-Iandsverordening heeft tot doel de verbetering van de
concurrentiepositie van de Nederlandse Antillen met betrekking tot de
internationale scheepvaart. Dit wordt beoogd door de huidige
scheepsregistratiebelasting te herzien door de winst forfaitair vast te stellen op
basis van de nettotonnage en de categorie schepen waarop deze van
toepassing is te verruimen.
Het ontwerp is op 19 juni 2007 door de Staten, onder aanvaarding van een
nota van wijziging van de initiatiefnemers, goedgekeurd.

Algemeen
De Raad van Advies heeft op 11 januari 2007, referentienummer RvA no.
RA/043-06'07 advies uitgebracht inzake een initiatief-voorontwerplandsverordening
tot wijziging van de Landsverordening op de
Scheepsregistratiebelasting 1987 (P.S. 1987, no. 112).

Dit aan de Raad voorgelegd voorontwerp is door middel van een nota van wijziging door de
initiatiefnemers gewijzigd waarbij voor een groot deel rekening is gehouden met het advies
van de Raad maar ook met adviezen van andere instanties.
De regering heeft namelijk van de Sociaal-Economische Raad en ambtelijke diensten advies
ingewonnen over het voorontwerp en de door de Staten goedgekeurde initiatief-ontwerplandsverordening.
De Directeur Wetgeving en Juridische Zaken (DWJZ) heeft in zijn brief aan de Minister van
Financiën en de Minister van Verkeer en Vervoer gedateerd 11 juli 2007, referentienummer
DWJ'06/826, RNA'06/6640, 6912, hierover uitgebreid verslag gedaan.

Inhoudelijke opmerkingen
De Raad constateert echter dat geen gevolg is gegeven aan de opmerkingen van de Raad
over artikel 6, tweede lid, inzake de jaarlijkse toetsing van de betreffende documenten door de
beheerder van het register, genoemd in artikel 8 van deze landsverordening, en artikel 1,
onderdeel J, inzake een overgangsregeling betreffende bezwaar en beroep.
De Raad heeft zich toentertijd ook afgevraagd in hoeverre de Algemene landsverordening
landsbelastingen (P.B. 2001, nr. 89) (ALL) als gevolg van de naamswijziging van de
Landsverordening op de Scheepsregistratiebelasting 1987 nader dient te worden gewijzigd en
of bovendien geen andere belastingregelingen gewijzigd dienen te worden waarin
verwijzingen voorkomen naar aanleiding van de naamswijziging van laatstgenoemde
landsverordening. De Raad constateert dat slechts de verwijzing in artikel 1, onderdeel d, van
de ALL en de verwijzingen in de Landsverordening op de winstbelasting 1940 bij nota van
wijziging (Zitting 2006-2007-3210) gewijzigd zijn. De in de Landsverordening op de
inkomstenbelasting 1943, voorkomende verwijzingen – bijvoorbeeld in artikel 17, eerste lid,
onderdeel e – zijn niet gewijzigd. De Raad geeft de regering dan ook in overweging om dit zo
spoedig als mogelijk in een afzonderlijke wijzigingslandsverordening te regelen.

De Directie Fiscale Zaken heeft bij brief aan de Minister van Financiën gedateerd 12
september 2007, referentienummer 07/260/cpj aangegeven dat de directie ofschoon zij in een
eerder adviesverzoek aan de minister heeft gesteld geen op- of aanmerkingen op het ontwerp
te hebben, toch de aandacht van de minister te willen vragen voor een kennelijke omissie in
de artikelsgewijze toelichting op artikel 5 van de Landsverordening op de
Scheepstonnagebelasting 2007, opgenomen in artikel I, onderdeel A, van de goedgekeurde
initiatief-ontwerp-Iandsverordening.
De Directie Fiscale Zaken voert aan dat op basis van artikel 5 van het ontwerp in geval van
registratie van een schip een zgn. Tonnagereserve wordt gevormd.
Deze Tonnagereserve wordt in beginsel gevormd door enige boekwinst welke geacht wordt te
zijn gerealiseerd bij de fictieve vervreemding, het bedrag van de desinvesteringsbijtelling,
berekend op basis van artikel 5A, tweede lid, van de Landsverordening op de winstbelasting
1940 (Lv WB) en de reserve bedoeld in artikel 6, derde lid, van de Lv WB.
Daarnaast geeft de Directie Fiscale Zaken aan dat ook het huidige artikel 9A, zevende lid, van
de Lv WB, bepaalde lichamen, onder voorwaarde, de mogelijkheid biedt, tot het vormen van
een reserve tot gelijkmatige verdeling van kosten en lasten (bijv. een survey reserve) en een
reserve tot dekking van risico's welke plegen te worden verzekerd, doch niet verzekerd zijn.

De Directie Fiscale Zaken stelt dan ook dat uit de memorie van toelichting op het ontwerp nu
niet blijkt dat deze reserves in het jaar van registratie aan de tonnagereserve worden
toegevoegd.
De Raad is echter van oordeel dat artikel 5, eerste lid, onderdeel b, van de initiatief-ontwerplandsverordening
rept van "bedoelde reserve alsmede andere voorzieningen of reserves die
ter zake van het schip zijn gevormd" en dus wel voorziet in het toevoegen van andere
reserves aan de tonnagereserve in het jaar van registratie in het speciale register voor deze
(fiscale) categorie van zeeschepen bij de Belastingdienst.

Het eilandgebied Sint Maarten heeft in een brief gericht aan de Voorzitter van de Staten
gedateerd 6 februari 2007, referentienummer 7193/06 onder andere ook aangegeven dat
invoering van de initiatief-voorontwerp-Iandsverordening moet leiden tot aanpassingen in de
ALL.
Ten aanzien van de mening van het eilandgebied Sint Maarten dat niet wordt ingezien
waarom de invoering van een tonnagebelasting niet middels een minder ingrijpende
aanpassing van de Landsverordening op de Scheepsregistratiebelasting 1987 kan worden
gerealiseerd, verwijst de Raad gaarne naar de uitgebreide motivering hiervoor in paragraaf 1
van de memorie van toelichting behorende bij de initiatief-ontwerp-Iandsverordening.

Het eilandgebied Sint Maarten, de Directie Financiën en de Sociaal-Economische Raad
hebben in hun advies stilgestaan bij de financiële gevolgen verbonden aan de goedgekeurde
initiatief-ontwerp-Iandsverordening.
Bij brief d.d. 2 oktober 2007 van de Directie Financiën aan de Minister van Financiën wordt
door de directie aangegeven dat in de memorie van toelichting van de onderhavige initiatiefontwerp-
Iandsverordening vermeld wordt dat op langere termijn per saldo op meer inkomsten
kan worden gerekend voor 's Landskas maar dat het echter niet duidelijk is om welk bedrag
dit gaat.
De Directie Financiën geeft dan ook aan dat gezien het feit dat de regering aangeeft dat er
geen berekening kan worden gemaakt hoeveel het bedrag zal zijn dat in 's Landskas gestort
zal worden, er volstaan kan worden met de in de financiële paragraaf aangegeven gevolgen
met dien verstande dat indien de inkomsten lager zullen zijn, deze binnen de kaders van het
Landsbesluit versterking budgetdiscipline Land (P.B. 2001, no. 40) gecompenseerd zullen
worden.
De Sociaal Economische Raad heeft in zijn advies aan de regering d.d. 2 februari 2007 en 24
oktober 2007, referentienummer 225/2007-SER aangegeven dat zij een uitgebreide
kwantitatieve onderbouwing van de effecten van de gewijzigde fiscale regeling voor de
inkomsten van de overheid mist.
Het eilandgebied Sint Maarten geeft in een brief gericht aan de Voorzitter van de Staten d.d.
6 februari 2007, referentienummer 7193/06 aan dat het vast staat dat de opbrengsten voor het
Land zullen afnemen.
De Raad geeft de regering in overweging om in het licht van het bovenstaande over een jaar
een evaluatie te doen plaatsvinden teneinde het netto-effect van de onderhavige
landsverordening te kunnen bepalen.

Gezien het vorenstaande geeft de Raad u in overweging de initiatief-ontwerplandsverordening
tot wijziging van de Landsverordening op de Scheepsregistratiebelasting
1987 (P.B. 1987, no. 112), de Landsverordening op de winstbelasting 1940 (P. B. 2002, no.
54) en de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.B. 2001, no. 89) vast te stellen.

Willemstad, 8 november 2007