no Download PDF Print

Adviezen

RvA no. RA/40-16-LB

Uitgebracht op : 22/09/2016
Publicatie datum: 17/07/2017

Ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, tot wijziging van het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o. (zaaknummer 2016/009832)

Ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, tot wijziging van het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o.(zaaknummer 2016/009832)

Advies: Met verwijzing naar uw adviesverzoek d.d. 8 augustus 2016 om het oordeel van de Raad van Advies inzake bovengenoemd onderwerp en naar aanleiding van de behandeling hiervan op 19 september 2016, bericht de Raad u als volgt.                     

I.   Inhoudelijke opmerkingen

Het ontwerp

a. Het niveau van de eindexamens voor het h.a.v.o./v.w.o.

In de laatste volzin van de overwegingen staat dat het wenselijk is om de eindexamens voor het hoger algemeen voortgezet onderwijs (hierna: h.a.v.o.) en het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (hierna: v.w.o.) zodanig in te richten dat het niveau zo hoog mogelijk is en de last voor de leerlingen daarmee evenredig is. In het lichaam van het ontwerp is echter niet te zien hoe de inrichting van de eindexamens voor h.a.v.o. en v.w.o. ervoor zal zorgen dat het niveau van genoemde eindexamens zo hoog mogelijk is.

De Raad adviseert de regering het ontwerp met inachtneming van het vorenstaande aan te passen.

b.   De inwerkingtredingsbepaling (Artikel II van het ontwerp)

De Raad is van oordeel dat het voorgestelde artikel II, waarin de inwerkingtredingsbepaling is vervat – met name de laatste zinsnede – niet duidelijk is geformuleerd. Het lijkt erop dat de onduidelijkheid in de formulering te maken heeft met het koppelen van de inwerkingtreding aan “cohorten die met ingang van een schooljaar” starten met de basisvorming, het profielvoorbereidend onderwijs of het profielenonderwijs en niet aan de verschillende leerjaren in het onderwijs. Door de gekozen formulering lijkt het er sterk op dat het bepaalde in het ontwerp tot in het oneindige telkens opnieuw per cohort aan het begin van een schooljaar in werking moet treden.

De Raad adviseert de regering gezien het voorgaande het landsbesluit niet per cohort maar per leerjaar in werking te doen treden.

c. Terugwerkende kracht

In het schrijven van de Sectordirecteur Algemene Zaken d.d. 17 mei 2016, zaaknummer 2016/009832, wordt voorgesteld de betrokken schoolbesturen op de hoogte te stellen van het voornemen van de regering om de voorgestelde wijzigingen in het curriculum van de scholen per 1 augustus 2016 in te voeren. Uit de nota van toelichting volgt echter niet of de schoolbesturen ter zake zijn geïnformeerd en of in de praktijk met ingang van bovengenoemde datum reeds aan het bepaalde in het ontwerp uitvoering is gegeven. Indien dat laatste het geval is, dient, rekening houdend met aanwijzing 137 in samenhang met aanwijzing 127 van de Aanwijzingen voor de regelgeving (hierna: Awr) aan het landsbesluit met ingang van 1 augustus 2016 terugwerkende kracht te worden verleend. De reden voor de terugwerkende kracht dient in de nota van toelichting gemotiveerd te worden.

De Raad adviseert de regering het ontwerp en de nota van toelichting indien nodig met inachtneming van het vorenstaande aan te passen.

2.   De nota van toelichting

a.   Vervanging anw door de exacte vakken natuurkunde en scheikunde in het profielvoorbereidend onderwijs van het h.a.v.o. en v.w.o.

Uit het voorgestelde artikel I, onderdeel B, volgt dat de leerlingen in het profielvoorbereidend onderwijs (het derde leerjaar) van een school voor v.w.o. of h.a.v.o. in plaats van wekelijks ten minste vijf lessen van het vak anw wekelijks ten minste drie lessen van het vak natuurkunde en twee lessen van het vak scheikunde zullen volgen. De Raad mist in de nota van toelichting een uitleg waarom in het derde leerjaar van een school voor v.w.o. of h.a.v.o. het vak anw vervangen wordt door de exacte vakken natuurkunde en scheikunde. Dit te meer in het licht van de stelling opgenomen in het tweede tekstblok van de nota van toelichting dat de leerlingen in de onderbouw (de eerste drie leerjaren) van het h.a.v.o. of v.w.o. al veel exacte vakken leren. Indien de leerlingen inderdaad in het derde leerjaar al veel kennis van de exacte vakken hebben opgedaan, zoals in de nota van toelichting gesteld wordt, vraagt de Raad zich af waarom er in dat leerjaar juist twee extra exacte vakken aan het curriculum worden toegevoegd.

De Raad adviseert de regering op het vorenstaande in de nota van toelichting in te gaan.

b.   De vrijgekomen 120 studielasturen in de bovenbouw van het h.a.v.o. en v.w.o.

In Nederland is sinds het jaar 2007 het vak anw niet meer verplicht in het gemeenschappelijk deel van het h.a.v.o. bovenbouwprogramma. Voorts is het examenvak anw vanaf 1 augustus 2015 uit het gemeenschappelijk deel van de profielen van het v.w.o. geschrapt. In de nota van toelichting behorende bij het ontwerp staat dat men in Nederland de reden dat het vak anw geen toegevoegde waarde had voor de leerlingen in de bovenbouw (de leerjaren vier, vijf en zes) van het h.a.v.o. of v.w.o. zwaarwegend genoeg achtte om het vak anw in de bovenbouw van genoemde scholen af te schaffen. De Raad merkt op dat de afschaffing van het vak anw tot gevolg heeft dat er 120 studielasturen vrijkomen. Het is de Raad bekend dat men bij de afschaffing van het vak anw in Nederland de intentie had om de ruimte die daardoor ontstond in het bovenbouwprogramma in te vullen. Dit door de inhoudelijke kern van het vak anw onder te brengen bij de vakken scheikunde, natuurkunde en biologie. Opgemerkt zij dat de nota van toelichting behorende bij het ontwerp niet ingaat op de wijze waarop de scholen de vrijgekomen studielasturen zullen opvullen. Dit hoewel er in de considerans staat dat middels het ontwerp de eindexamens voor h.a.v.o. en v.w.o. zodanig worden ingericht dat het niveau zo hoog mogelijk is en in het schrijven d.d. 15 maart 2016, kenmerknummer 16/0060, van de Beleidsdirecteur van het Ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport staat dat de vrijgekomen studielasturen ten behoeve van het rekenonderwijs kunnen worden gebruikt.

De Raad adviseert de regering in de nota van toelichting op het vorenstaande in te gaan.

c.   De inwerkingtredingsbepaling (artikel II van het ontwerp)

De Raad acht het van belang dat er duidelijkheid bestaat voor de doelgroepen (de v.w.o., h.a.v.o en v.s.b.o. scholen en diens leerlingen) wanneer de voorgestelde wijzigingen voor hen in werking treden. Het is bijvoorbeeld niet duidelijk uit de inwerkingtredingsbepaling wat concreet het laatste schooljaar is waarin de leerlingen in de bovenbouw h.a.v.o. en v.w.o. verplicht het vak anw moeten volgen en wanneer zij voor het laatst examen hierin moeten doen.

De Raad adviseert de regering in de nota van toelichting op het vorenstaande in te gaan.

II.  Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard

Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard zijn in een bijlage bij dit advies opgenomen en worden geacht hiervan integraal onderdeel uit te maken.

Concluderend geeft de Raad van Advies de regering in overweging conform de in het ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, opgenomen voorstellen te besluiten, nadat met het vorenstaande rekening is gehouden.

 

Willemstad, 22 september 2016

de wnd. fungerend Ondervoorzitter,                                       de Secretaris,

___________________________                                          ____________________

Ing. G.W.Th. Damoen Msc                                                     mevr. mr. C.M. Raphaëla

 

 

Bijlage behorende bij het advies van de Raad van Advies, RvA no. RA/40-16-LB

Zowel het ontwerp als de nota van toelichting heeft wetstechnische en redactionele onvolkomenheden. De Raad noemt de volgende voorbeelden.

a. Het ontwerp

De considerans

De Raad meent dat de overwegingen de lading van het ontwerplandsbesluit, houdende algemene maatregelen, tot wijziging van het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o. (hierna: het ontwerp) niet helemaal dekt. In de eerste volzin van de overwegingen komt bijvoorbeeld niet tot uiting dat het ontwerp tevens strekt tot de verwezenlijking van gerichte inhoudelijke kennis van bezitters van het v.s.b.o. diploma.

Voorgesteld wordt de considerans met inachtneming van het vorenstaande aan te passen.

Het opschrift

Voorgesteld wordt in het opschrift van het ontwerp het leesteken “)” achter “v.s.b.o.” te schrappen.

De aanhef

Voorgesteld wordt in de aanhef “de koning” te vervangen door “de Koning” en “de Gouverneur” door “De Gouverneur”. Voorgesteld wordt in de derde overweging “aan” te schrappen en “Algemeen Natuur Wetenschappen” respectievelijk “Verzorging” te vervangen door “algemeen natuurwetenschappen” respectievelijk “verzorging”.

Artikel I

Aanhef

Voorgesteld wordt de aanhef van artikel I overeenkomstig aanwijzing 175 van de Awr te wijzigen als volgt:

Het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o., wordt gewijzigd als volgt:

Onderdeel A

Voorgesteld wordt “de tekst” te schrappen.

Onderdeel B

Voorgesteld wordt in onderdeel B van artikel I “de tekst” te schrappen en “Algemene Natuurwetenschappen 5” te vervangen door “algemene natuurwetenschappen 5”.

Onderdelen C en D

De onderdelen C en D van artikel I hebben beide betrekking op een wijziging van artikel 19 van het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o. Voorgesteld wordt beide onderdelen in navolging van aanwijzing 175, derde lid, van de Awr onder te brengen in het navolgende onderdeel C:

C.  Artikel 19 wordt gewijzigd als volgt:

In het eerste lid vervalt “algemene natuurwetenschappen 120”.

Het vierde lid komt als volgt te luiden: (…).

Onderdelen E, F en G

De onderdelen E, F en G van artikel I hebben betrekking op een wijziging van artikel 19a van het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o. Voorgesteld wordt genoemde onderdelen in navolging van aanwijzing 175, derde lid, van de Awr onder te brengen in het navolgende onderdeel D:

D. Artikel 19a wordt gewijzigd als volgt:

In het eerste lid, vervalt “algemene natuurwetenschappen 120”.

Het tweede lid vervalt.

3.   In het achtste lid vervalt onderdeel b onder verlettering van de onderdelen c en d

      tot b en c.

Artikel II

Voorgesteld wordt “profielvoorbereidend jaar” te vervangen door “profielvoorbereidend onderwijs”.

b. De nota van toelichting

Voorgesteld wordt in het eerste tekstblok eerste volzin “(vwo)” respectievelijk “(havo)” te vervangen door “(v.w.o.)” respectievelijk “(h.a.v.o.)” en “(VSBO)” te vervangen door “(v.s.b.o.)”.

Voorgesteld wordt in het eerste tekstblok, laatste volzin, “profiel voorbereidend jaar” te vervangen door “profielvoorbereidend onderwijs”

De term “algemene natuurwetenschappen” is een term die in het Landsbesluit scholen v.w.o., h.a.v.o., v.s.b.o. met kleine letters wordt geschreven. Opgemerkt wordt dat pas bij de tweede aanhaling van genoemde term deze wordt afgekort en evenwel met “ANW”. Voorgesteld wordt in het eerste tekstblok, laatste volzin, achter de term “algemene natuurwetenschappen” de afkorting “anw” te vermelden.

Voorgesteld wordt in het derde tekstblok, laatste volzin “Nederlandse leerlingen” te vervangen door “leerlingen in Nederland”. De meeste h.a.v.o./v.w.o. leerlingen in Curaçao zijn immers ook Nederlandse leerlingen.