Adviezen
RvA no. RA/42-15-LV
Uitgebracht op : 10/11/2015
Publicatie datum: 14/06/2016
Ontwerplandsverordening tot wijziging van de Landsverordening van de 17de december 2014 tot vaststelling van de Begroting van Curaçao voor het dienstjaar 2015 (Tweede Suppletoire begroting 2015)
(zaaknummer 2015/051377)
Advies: Met verwijzing naar uw spoedadviesverzoek d.d. 19 oktober 2015, dat de Raad van Advies op 22 oktober 2015 heeft ontvangen, om het oordeel van de Raad van Advies inzake bovengenoemd onderwerp en naar aanleiding van de behandeling hiervan in de vergadering van de Raad van Advies d.d. 9 november 2015 , bericht de Raad u als volgt.
Bestudering van het onderhavige ontwerp en de bijbehorende memorie van toelichting alsmede de overige bij het adviesverzoek gevoegde stukken geeft de Raad aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen.
Algemeen
De overheveling van bedragen en de uitvoering van projecten
In de inleiding van de memorie van toelichting behorende bij de onderhavige ontwerplandsverordening (hierna: het ontwerp) wordt aangegeven dat de Tweede Suppletoire begroting 2015 zal dienen om de voor het dienstjaar 2014 op de kapitaaldienst van de begroting ter beschikking gestelde bedragen die niet tot verplichtingen voor investeringen hebben geleid, toe te voegen aan de Begroting voor het dienstjaar 2015 (hierna: Begroting 2015) voor de overeenkomstige ramingen ter zake verplichtingen voor investeringen op de kapitaaldienst. In de brief van de Sectordirecteur Financieel Beleid en Begrotingsbeheer d.d. 12 oktober 2015 wordt gespecificeerd voor welke projecten deze bedragen onder meer beschikbaar gesteld zullen worden. De Raad kan uit de memorie van toelichting niet opmaken of de projecten waarvoor bedoelde bedragen worden gereserveerd projecten zijn die reeds volbracht zijn of die nog lopende zijn of in de nabije toekomst nog uitgevoerd moeten worden.
De Raad acht het gewenst om in de memorie van toelichting dit onderscheid te maken en voorts voor projecten die reeds zijn volbracht, projecten die nog lopende zijn of voor verplichtingen die reeds zijn aangegaan, aan te geven op welke wijze bij het aangaan van deze verplichtingen, rekening is gehouden met de artikelen 10, 46 en 47 van de Landsverordening comptabiliteit 2010.
Voor projecten die nog moeten worden opgestart c.q. voor verplichtingen die nog moeten worden aangegaan mist de Raad in de memorie van toelichting, gezien het feit dat het einde van dienstjaar 2015 reeds in zicht is, een uiteenzetting per project waarbij wordt aangegeven in hoeverre het haalbaar is om deze projecten nog dit jaar te volbrengen.
De Raad adviseert de regering om met inachtneming van het bovenstaande de memorie van toelichting aan te passen.
Rentelasten
Uit de staat van opgenomen geldleningen bij het ontwerp blijkt dat de investeringen worden gefinancierd middels een in 2015 op te nemen obligatielening van NAf 40,3 miljoen. De rentelasten voor 2015 zijn hierbij geraamd op NAf 629.700,–. Deze obligatielening kwam niet voor op de staat van opgenomen geldleningen bij de vastgestelde Begroting 2015, noch in de Eerste Suppletoire begroting 2015. Om deze reden concludeert de Raad dat niet eerder rekening is gehouden met deze lening en de bijbehorende rentelasten voor 2015. De Raad stelt dan ook voor om het effect op de rentelasten te vermelden in de memorie van toelichting bij het ontwerp.
Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard
Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard zijn in een bijlage bij dit advies opgenomen en worden geacht hiervan integraal onderdeel uit te maken.
Concluderend geeft de Raad van Advies de regering in overweging de ontwerplandsverordening bij de Staten in te dienen, nadat met het vorenstaande rekening is gehouden.
Willemstad, 10 november 2015
de Ondervoorzitter, de Secretaris,
___________________________ ____________________
mevr. mr. drs. B. J. Doran-Scoop mevr. mr. C. M. Raphaëla
Zowel het ontwerp als de memorie van toelichting heeft wetstechnische en redactionele onvolkomenheden. De Raad noemt de volgende voorbeelden.
Het ontwerp
Het opschrift
De Raad stelt voor in het opschrift “17e” te vervangen door “17de” en “Begroting” door “begroting”.
De overwegingen
De Raad stelt voor in de eerste en tweede overweging “ontwerplandsverordening” te vervangen door “landsverordening”.
Artikel I
De Raad stelt voor de aanhef van artikel I van het ontwerp met inachtneming van de benaming van de in P.B. 2014, no. 112 afgekondigde landsverordening aan te passen.
De inhoudsopgave
De Raad stelt voor om in de inhoudsopgave van het ontwerp:
bij “Gewone dienst” en “Kapitaal dienst”, “Ministerie van Algemene zaken” te vervangen door “Ministerie van Algemene Zaken” en “Ministerie van Bestuurlijke Planning en Dienstverlening” te vervangen door “Ministerie van Bestuur, Planning en Dienstverlening”;
“Kapitaal dienst” te vervangen door “Kapitaaldienst”.
Algemene beschouwingen van de memorie van toelichting
Algemene opmerkingen
Het opschrift
De Raad stelt voor in het opschrift van de memorie van toelichting “17e” te vervangen door “17de” en “Begroting” door “begroting”. Ook stelt de Raad voor om de citeertitel “tweede suppletoire begroting 2015” in het opschrift te vervangen door “Tweede Suppletoire begroting 2015”.
De inhoudsopgave
De Raad stelt voor om in de inhoudsopgave van de Algemene Beschouwingen (pagina i) “Ministerie Algemene Zaken” te vervangen door “Ministerie van Algemene Zaken” en “Ministerie van Bestuurlijke Planning en Dienstverlening” te vervangen door “Ministerie van Bestuur, Planning en Dienstverlening”. Ook stelt de Raad voor “Nota van Financien” te vervangen door “Nota van Financiën”.
De inleiding
De Raad stelt voor om in de eerste volzin van het laatste tekstblok van het onderdeel “Inleiding” van de memorie van toelichting “ontwerp landsverordening” te vervangen door “ontwerplandsverordening”. Voorts dient in de laatste volzin van hetzelfde tekstblok “eerste suppletoire begroting 2015” te worden vervangen door “Eerste Suppletoire begroting 2015”.
Woordgebruik
De Raad stelt, met het oog op de te betrachten consistentie in woordgebruik, voor om waar toepasselijk in de tekst van de Algemene beschouwingen telkens “Tweede Suppletoire begroting 2015” te hanteren in plaats van bijvoorbeeld “tweede suppletoire begroting 2015”, 2de Suppletoire Begroting 2015” of “tweede suppletoire Begroting 2015”.
Ministerie van Algemene Zaken
Pagina 2
De Raad stelt voor om in het voorlaatste tekstblok de zinsnede “de Koninkrijksconferentie een aantal” te vervangen door “de Koninkrijksconferentie en een aantal” en “de Algemene Zaken” te vervangen door “het Ministerie van Algemene Zaken”.
Pagina 3
De Raad stelt voor om in de eerste volzin van het laatste tekstblok achter het woord “betrekking” het woord “op” in te voegen. Voorts dient in de tweede volzin van hetzelfde tekstblok “de eerste stadium van de ” te worden vervangen door “het eerste stadium van het”.
Ministerie van Bestuur, Planning en Dienstverlening
Pagina 4
De Raad stelt voor om in de tweede volzin van het laatste tekstblok aan te geven waarvoor de afkorting “UOPZ” staat.
Pagina 5
De Raad stelt voor om in de eerste volzin van het eerste tekstblok “Secretaris Generaal” te vervangen door “Secretaris-generaal”. Voorts dient in het tweede gedachtepunt in het tweede tekstblok “voorde” te worden vervangen door “voor de”. Tenslotte dient de laatste volzin op pagina 5 geherfomuleerd te worden.
Ministerie van Justitie
Pagina 9
De Raad stelt voor om in de vierde volzin van het laatste tekstblok”wijziginegen” te vervangen door “wijzigingen”.
Ministerie van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning
Pagina 11
De Raad merkt op dat in de eerste volzin van het tweede tekstblok de projecten “Inhaalsslag onderhoud Openbare Wegen” wordt aangehaald. De Raad stelt voor om deze aanhaling van de noodzakelijke aanhalingstekens te voorzien. Voorts dient in dezelfde volzin “vertraging heeft” te worden vervangen door “vertraging hebben” en “afgerond kan worden” te worden vervangen door “afgerond kunnen worden”.
Ministerie van Economische Ontwikkeling
Pagina 15
De Raad merkt op dat de eerste volzin vóór het tabel “Functie 32 Economische
Samenwerking” geherformuleerd dient te worden. Voorts dient in de tweede volzin van het laatste tekstblok het woord “wordt” verplaatst te worden naar achter het woord “landsverordening”. Tenslotte dient de laatste volzin op pagina 15 geherformuleerd te worden.
Ministerie van Financiën
Pagina 31
De Raad stelt voor om in de eerste volzin het lidwoord “het” vóór “afvoeren” in te voegen, de tweede “van” als overbodig te schrappen, “de overheidsapparaat” te vervangen door “het overheidsapparaat” en “een” vóór “extra” in te voegen. In het laatste gedachtepunt dient “opleiden die gezmaleijk wordt” te worden vervangen door “opleidingen die gezamenlijk worden”.
Pagina 32
De Raad stelt voor om in het derde gedachtepunt “Marhe Bieu” te vervangen door “Marshe Bieu”.
De Nota van Financiën
Woordgebruik
De Raad stelt, met het oog op de te betrachten consistentie in woordgebruik, voor om waar toepasselijk in de tekst van de Algemene beschouwingen telkens “Tweede Suppletoire begroting 2015” te hanteren in plaats van bijvoorbeeld “tweede Suppletoire Begroting 2015” of “tweede Suppletoire Begroting”. Voorts stelt de Raad voor om telkens “Begroting 2015” te hanteren in plaats van “begroting 2015”.
Pagina 8
De Raad stelt voor om in het tweede gedachtepunt “secretaris generaal” te vervangen door “Secretaris-generaal”. Voorts dient in laatste volzin van het laatste tekstblok “intrestlasten” te worden vervangen door “interestlasten”.
Pagina 9
De Raad stelt voor om in het eerste gedactepunt van het tweede tekstblok aan te geven om welke universiteit het hierbij gaat. Voorts dient in de eerste volzin van het voorlaatste tekstblok “her allocatie” te worden vervangen door “herallocatie” en “verbruik goederen” te worden vervangen door “verbruikgoederen”. Tenslotte dient de lettergrootte van het laatste tekstblok gecorrigeerd te worden.
Pagina 16
De Raad stelt voor om in de eerste volzin van het tekstblok onder Tabel 13 de zinsnede “in het Ministerie van Financiën” te vervangen door “bij het Ministerie van Financiën”.