Adviezen
RvA no. RA/48-09-LV
Uitgebracht op : 10/02/2010
Publicatie datum: 10/02/2010
Met verwijzing naar uw adviesverzoek d.d. 26 november 2009 om het oordeel van de Raad van Advies inzake bovengenoemd onderwerp en de behandeling hiervan in de vergadering van de Raad van Advies d.d. 8 februari 2010, bericht de Raad u als volgt.
De ontwerp-landsverordening tot wijziging van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren strekt, volgens de considerans, ertoe een pensioenvoorziening te treffen voor op arbeidsovereenkomst in dienst van de Nederlandse Staat gestelde, niet uitgezonden personeel van het College Financieel Toezicht en het Regionaal Service Centrum voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba, voor zover niet een pensioenvoorziening vanwege het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds in Nederland erop van toepassing is.
Bestudering van het onderhavige ontwerp en de bijbehorende memorie van toelichting alsmede de overige bij het adviesverzoek gevoegde stukken geeft de Raad aanleiding tot het maken van de navolgende opmerkingen.
Algemeen
De Raad kan uit de aan de Raad overgelegde stukken niet opmaken of de regering het advies van het Algemeen Pensioenfonds Nederlandse Antillen (het APNA) over de onderhavige ontwerp-landsverordening (het ontwerp) heeft ingewonnen.
De Raad acht het, voor de uitvoerbaarheid van de onderhavige regeling, gewenst dat het APNA over het ontwerp adviseert en geeft de regering in overweging om, voor zover dat nog niet is gebeurd, alsnog advies van het APNA over het ontwerp in te winnen en dat advies aan de Raad toe te zenden zodra dit beschikbaar is. Indien het advies van het APNA essentiële aspecten bevat, behoudt de Raad zich het recht voor om alsnog een aanvullend nader advies over het ontwerp uit te brengen.
Opmerkingen van wetstechnische aard
Het ontwerp geeft de Raad aanleiding tot het maken van de volgende wetstechnische opmerkingen.
Artikel 4 van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren (P.B. 1997, no. 312) is in artikel 24 van de Landsverordening Bureau Telecommunicatie en Post (P.B. 2006, no. 69) gewijzigd. Daarbij zijn de onderdelen j en k van artikel 4 verletterd tot respectievelijk k en l. Het ontwerp beoogt een nieuw letter l aan artikel 4 toe te voegen. Daarbij wordt er geen rekening mee
gehouden dat artikel 4 van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren, na de hiervoor genoemde wijziging in artikel 24 van de Landsverordening Bureau Telecommunicatie en Post, reeds een letter l heeft.
De Raad geeft in overweging daarmede rekening te houden.
De Raad stelt voorts voor om na “College Financieel Toezicht” in het voorgestelde artikel 4, onderdeel l, van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren, de wettelijke basis van het “College Financieel Toezicht” te vermelden.
De Raad heeft voor het overige geen opmerkingen.
Concluderend geeft de Raad de regering in overweging de onderhavige ontwerp-landsverordening bij de Staten in te dienen, nadat met vorenstaande opmerkingen rekening zal zijn gehouden.
Willemstad, 10 februari 2010
de Ondervoorzitter, de Secretaris,
_____________________ ____________________
Prof mr. F.B.M. Kunneman mevr. mr. C.M. Raphaëla